De broers Erdem A. (hoofdverdachte) en Bahtiyar A. (medeverdachte) zijn vrijgesproken van verkrachting, mensenhandel, en mishandeling. De aangeefster in de zaak was een Turkse vrouw. Volgens haar is ze na het sluiten van een schijnhuwelijk met Bahtiyar A. voor een verblijfsvergunning in België, in een huis Valkenburg als slaaf te werk gesteld. Vrijspraak voor broers A.